woensdag 26 december 2012

Preken op plantages


Voor de tentoonstelling ´Zielenzorg & Zielenmoord` zijn we op zoek gegaan naar bronnen waarin melding wordt gemaakt van de toestand van slaven  in Suriname in de 19e eeuw.
 
Met een tentboot, geroeid door vier zwarte roeiers – van wie we niet weten of ze slaaf of vrij waren, vertrok de pater met kerkspullen en proviand. Tien jaar lang was L. Reiger de vaste roeier van Peerke Donders. Peerkes collega Borret tekende de roeiers terwijl ze rustten van de zware arbeid en wachtten op een goed getij. Peerke bezocht onder meer de plantages Kent, Calledonia, Concordia, Morgenster, Johanna Catharina, Margaritha’s-Gift, Onverwagt (Grond), De Vier Hendrikken, La Ressource en de Grond Kraijeshoop, Esthersrust en Killenstein. Peerke meldt in zijn brieven vooral hoeveel mensen hij heeft gedoopt en gehuwd. Wat hij daar allemaal van slavernij heeft gezien komen we uit zijn brieven niet te weten.

Uit een andere bron kennen we de ervaring van W. Boekhoudt, een onderwijzer en hulpprediker die van 1845 tot 1849 in Suriname woonde, toen Peerke priester in Paramaribo was. Boekhoudt bezocht een plantage waar hij ‘allerminzaamst’ door de directeur werd ontvangen. Uit zijn verslag: ‘Hier was al wat gulheid en gastvrijheid verzinnen konden, voor den vreemdeling bereid: een mild bezette disch, waarop de fijnste versnaperingen uit Europa; een kring van vroolijke gasten, van de nabij gelegen plantages hier vereenigd; foetoebois vlug in de weer om op des gastheers wenk te bedienen en eindelijk net gekleede slavinnen rondom den disch, ijverig bezig met hare breede waaiers de lastige muskieten van ons te verdrijven en tevens aangename koelte ons aan te brengen. Tot laat in den nacht zaten wij samen, veel sprekende over 't Moederland, waarvan ik als ‘nieuw-komer’ het meest te vertellen had, tot wij ten laatste opstonden, een hartelijk afscheid namen en ik door een foetoeboi naar de bovenverdieping gevoerd werd, waar mij een vertrek werd aangewezen, waarin men reeds mijn hangmat gespannen. Spoedig legde ik mij ter ruste en wiegde mij in een zoeten slaap. Tegen de morgen ontwaakte ik plotseling. Een aanhoudend en doordringend geluid, waarvan ik mij geen rekenschap kon geven, had mij gewekt. Ik luisterde. Het was een vreemd geluid, sissend, snerpend, ik weet niet hoe, maar het verontrustte, beangstigde mij dermate, dat ik mijn hangmat uitsprong en, naar versche lucht hijgende, de luiken opensloeg. Hemel, wel een toneel daar voor mijn oog! Eene jeugdige Negerin, opgehangen aan een boom, jammerde onder gierende zweepslagen, die hare lendenen kerfden en haar werden toegediend door twee Bastiaans (Neger-officieren). En daarnevens mijn vriendelijke gastheer van den vorigen avond razende en tierende en vloekende met de zwaarste bedreigingen de Bastiaans tot meer gestrengheid aansporende. Afschuwelijk was het mij. Met sidderende handen sloot ik weer de luiken, doch mijn slaap was verdwenen. Toen ik een paar uur later beneden kwam om aan het ontbijt deel te nemen, trad mijn gastheer, vriendelijk en minzaam als den avond tevoren, mij tegemoet, als ware er niets voorgevallen, hoegenaamd. Nog bleef ik twee dagen vertoeven, doch deze dagen waren mij een foltering, en ik dankte de Hemel, toen ik de stad weer bereikt had, waar mijn oog voor dergelijke schriktonelen gespaard bleef.'

Bron: W. Boekhoudt, ‘Uit mijn verleden.’ Bijdrage tot de kennis van Suriname. Winschoten 1874, Brieven van Peerke en Twee missionarissen op reis.

donderdag 20 december 2012

Tony's Chocolonely



De afschaffing van de slavenhandel in Nederland was in 1814. De afschaffing van de slavernij in Nederlands-IndiĆ« in 1860 en in 1863 ook in Suriname en de Antillen. Dat is nu dus bijna 150 jaar geleden. Peerke Donders woonde en werkte in die tijd in Suriname. Op zijn eerste dag in Paramaribo werd hij al geconfronteerd met de slavernij, toen hij het ‘piket’ zag, een wachthuisje met twee rode palen ervoor: “Hij hoorde het gejammer van de slaven en slavinnen die daar werden afgetakeld. Beide palen hadden een katrol aan het boveneinde. Slaaf en slavin die gestraft moesten worden, werden, practisch naakt, met een touw over die katrollen aan die palen opgehesen en met tamarinderoeden afgezweept. Slavenhouders konden daar vrij gebruik van laten maken voor 50 cent per persoon, zonder verantwoording af te leggen. Slaven boven de 14 jaar kregen 25 zweepslagen toegediend, slavinnen 14 slagen”.

Ondanks de afschaffing van de slavernij, zijn er anno nu nog steeds mensen die werken onder dwang. Onder andere Tony's Chocolonely wil hier een einde aan maken. De volgende tekst komt van http://www.tonyschocolonely.com/over-ons/de-harde-werkelijkheid-van-slavernij/

Werken onder dwang. Geen geld voor gedane arbeid. Geen keuze om te vertrekken. Slavernij is niet van honderden jaren geleden. Het bestaat nog steeds in de zogenaamd ‘moderne’ vorm. Met name in West Afrika worden kindslaven gebruikt om soms meer dan zestien uur achter elkaar te werken op cacaoplantages. Niet makkelijk te herkennen als je zomaar een dorp of stad binnenloopt. Kinderen die meegelokt worden uit dorpen met beloftes van school en beter leven om vervolgens als huisslaafje te dienen of mee te werken op plantages. Ze hebben geen keuze.
En het bizarre is: deze chocolade, geplukt door slavenhanden, ligt gewoon in Nederland in de supermarkt! Bovendien is van veel producten onduidelijk op welke manier ze geproduceerd en verwerkt worden. En of er sprake is van (kind)slavernij.
2005 was het streefjaar dat kindslavernij en de ergste vormen van kinderarbeid in de cacao-industrie de wereld uit moesten zijn. Dit stond opgesteld in het Harkin-Engel protocol. In dit protocol, een initiatief van congresman Eliot Engel en de Amerikaanse senator Tom Harkin, beloofden alle chocoladereuzen om een einde te maken aan slavenhandel en kindslavernij in de cacao-industrie in West Afrika.
Helaas. De Amerikaanse Tulane University deed tussen 2006 en 2011 onderzoek in opdracht van de Amerikaanse overheid en kwam tot de conclusie dat alle doelen niet zijn gehaald. En daarom blijft Tony’s Chocolonely strijden. Want elke dag dat slavernij nog bestaat, is een dag te lang.

In het Peerke Donders Paviljoen zijn in de maand december deze slaafvrije chocoladerepen, genaamd 'Tony's Chocolonely' te koop! 



donderdag 13 december 2012

Peerke Donders en de slavernij




Zielenzorg & zielenmoord is een tentoonstelling over de missionaris Peerke Donders in de slavensamenleving in Suriname. Peerke Donders was er zielenzorger voor en na de afschaffing van de slavernij in 1863. Wat schreef hij erover in zijn brieven? De tentoonstelling belicht de slavernij vanuit twee perspectieven.

Zielenzorg
Peerke Donders wilde in Suriname zoveel mogelijk mensen zijn geloof brengen. Hij wilde hen dopen, hun zielen winnen. Peerke betreurde de mishandeling van slaven: ‘Ongelukkig zij, die zich met het zweet en bloed van die arme slaven, die geen verdedigers vinden dan God, verrijken.’

Zielenmoord
Mensen uit Afrika waren tot slaaf gemaakt, beroofd van hun vrijheid, familie en bezittingen. Slavenhouders dwongen hen te werken op hout-, suiker-, koffie- en katoenplantages. ‘Ik had nooit gedroomd dat ik een stuk handel was’ schreef Harriet Jacobs in 1861 over haar leven als slavenkind.

In 2013 is het 150 jaar geleden dat Nederland de slavernij afschafte. In het kader van de tentoonstelling vinden in Peerke Donders Paviljoen in 2013 verschillende (educatieve) activiteiten plaats.

Definitie slavernij
Een slaaf of slavin is gevangen genomen en verkocht als een artikel. Kinderen van een slavin zijn eigendom van de slavenhouder. Een slavenhouder dwingt de mensen om te werken zonder redelijk loon en onder dreiging of toepassing van geweld. Tot 1863 hielp de Nederlandse staat de slavenhouders om winst uit slavenarbeid te halen en uit de koloniƫn naar het moederland te brengen.


Zielenzorg & zielenmoord – Peerke Donders en de slavernij
27 oktober 2012 t/m 20 oktober 2013

Peerke Donders Paviljoen – museum voor naastenliefde

Pater Dondersstraat 20, 5011 XG Tilburg
geopend dinsdag t/m zondag van 13.00 tot 17.00 uur